• Soesja Citroen en Gunter Demnig
• Soesja Citroen en Gunter Demnig Foto: S ZEILSTRA
Met video

Laatste twee Stolpersteine geplaatst, Soesja Citroen rondt project af: ‘Laten we ze onderdeel van ons leven maken’

Nieuws 1.073 keer gelezen

GOUDA • De laatste twee Stolpersteine in Gouda zijn geplaatst. Daarmee komt aan het veertien jaar durende project een einde. Soesja Citroen (75), de drijvende kracht achter de plaatsing van de 389 stenen in Gouda, zette zich al die jaren in voor het project. Ook nu het is afgerond, werkt zij nog gestaag verder. 

Als haar vader niet was ondergedoken in de oorlog, had zij hier niet gezeten, vertelt de Goudse Soesja Citroen. Haar betrokkenheid bij het project is dan ook geworteld in haar persoonlijke geschiedenis. ‘Mijn grootvader heeft Auschwitz overleefd. Hij is de motor geweest achter mijn motivatie hiervoor. Ik voel het als een soort opdracht ten opzichte van hem.’  

Van hem kreeg ze mee hoe mensen werden behandeld toen ze uit de kampen terugkwamen. ‘Vreselijk, niet behulpzaam, heel vervelend.’ Als kind met zo’n achtergrond kun je dat gat van pijn en trauma niet vullen, weet Citroen. ‘Maar dit project gaf me als het ware handvatten om ten minste iets te doen.’

Zwarte bladzijde

Sinds 2010 zet ze zich in om de Stolpersteine in Gouda te plaatsen. ‘Het sprak me enorm aan dat je handvatten hebt om te herdenken. Het laat zien wat er met mensen gebeurd is in Gouda. Je geeft mensen een gezicht. Het is een zwarte bladzijde in onze geschiedenis, maar ook dit hoort bij het verleden van Gouda.’

Je weet van tevoren niet waar je aan begint.Citroen, toen nog werkzaam als jazzzangeres, stak er enorm veel tijd in. De eerste zeven stenen werden door de gemeente gefinancierd, daarna moest Citroen op zoek naar andere bronnen. ‘Je weet van tevoren niet waar je aan begint. Ik zong ook nog. Het is vooral veel onderzoekswerk, maar je moet ook geld werven, de plaatsingen plannen. Mensen noemen me initiatiefnemer, maar zeg maar gerust projectleider. Laten we wel wezen.’ 

Anderen schoten vaak te hulp, vertelt Citroen. ‘De gemeente heeft het enorm goed opgepakt. Ook hebben talloze vrijwilligers geholpen. Zo hebben jongelui van het Wellantcollege (nu Yuverta) een aantal jaren de stoepen voorbereid.’ 

Bij iedere steen schreef ze een verslag dat ze plaatste op Facebook. Met die ‘snippers informatie’ vertelt ze het verhaal achter elke steen. In totaal liggen er nu 389 stenen in de stad. Driekwart van de ongeveer vijfhonderd Joodse stadgenoten werd vermoord tijdens de Tweede Wereldoorlog, vertelt Citroen. 

Tekst loopt verder onder de foto. 


• De laatste twee stenen werden op dinsdag 23 april geplaatst.  - Foto: Sandra Zeilstra

Hoe meer leest, hoe meer je denkt: hoe is het mogelijk?Zo diep in dit onderwerp duiken maakt je ‘niet ongevoeliger’, vertelt Citroen. ‘Hoe meer leest, hoe meer je denkt: hoe is het mogelijk? Wat me ook erg raakt zijn de politiedossiers. De rapporten waarin wordt beschreven: weer een groepje afgeleverd in Amsterdam, we zijn met acht manschappen terug naar huis. Niks bijzonders om te melden. Zulke koude taal.’

Dat raakt haar. ‘En natuurlijk raken alle verhalen je, over hele oude mensen. Of juist gezinnen met een kind van twee of soms zelfs een baby.’ Ook het verhaal van de 7-jarige Leo Klisser blijft haar bij. ‘Hij dook onder bij familie van der Berg. Zijn onderduikbroer, Henk van den Berg, weet nog dat hij riep ‘Oma, help me’, toen hij werd weggevoerd. Zo’n verhaal gaat door merg en been.’ 

Vaak hoorde ze verhalen van mensen die als kind Joden weg hebben zien voeren. ‘Ik heb ze vaak horen zeggen: had ik maar meer kunnen doen. Maar ik was nog een kind, zeiden ze dan. Dat drukte als een schuldgevoel op ze. Natuurlijk, je bent nog een kind. Maar het zijn ook keuzes, en sommige mensen in Gouda hebben geweldig hun nek uitgestoken. Je moet niet, maar het kan.’

Meer in grijstinten denken

Toch is ze anders gaan nadenken over de keuzes die mensen maken. ‘Mijn moeder heeft een onderduiker in huis gehad. Ze heeft mensen afgebluft tijdens een razzia. Ik heb me altijd afgevraagd: zou ik moed voldoende hebben?’ Ze is veel meer in grijstinten gaan denken. ‘Het is niet laf als je niets doet. Ik zie ook in dat het lastig is om in moeilijke omstandigheden keuzes te maken.’

Bekommer je om anderen. Zie mensen niet over het hoofd, ook niet als ze een andere godsdienst of een andere kleur hebben.De stenen dienen een dubbel doel. ‘Aan de ene kant wil je mensen iets leren en de verhalen ook aan kinderen meegeven. Aan de andere kant is het ook een soort aanmaning, kijk om je heen. Bekommer je om anderen. Zie mensen niet over het hoofd, ook niet als ze een andere godsdienst of een andere kleur hebben. Een enkeling hielp, anderen keken weg. Natuurlijk was het heel erg gevaarlijk als je mensen hielp. Maar je hebt toch een keuze, en er zijn mensen die de keuze wel hebben gemaakt.’ 

Na veertien jaar werd het tijd om het project af te ronden, zegt Citroen. ‘Op een gegeven moment heb ik het op mijn leeftijd gegooid. Ik ben nu 75 zei ik, kunnen er niet wat meer steentjes per keer komen? Dat is gebeurd. Fantastisch dat nu de laatste twee geplaatst zijn.’ 

‘Er zijn mensen die een hardloopronde lopen langs de Stolpersteine. Dan lopen ze langs een aantal steentjes, dan weten ze ook van wie ze zijn. Als ik zoiets hoor denk ik ja, maak het onderdeel van het leven.’

Kunstenaar Gunter Demnig kwam op dinsdag 23 april naar Gouda om de laatste gedenkstenen te plaatsen. Gunterplaatste een steen voor Siegfried Seemann op de La Reylaan. De laatste steen plaatste hij voor Herman Salomon Hamburger op de Bogen. Lees hieronder hun verhalen, geschreven door Soesja Citroen.

Schrijnende verhalen

Het project is afgerond. Toch is het voor Citroen nog niet rond. Eerder schreef ze het boek ‘Hier woonden... – Stolpersteine Gouda’. ‘In het eerste boek schrijf ik over 63 adressen. Sindsdien zijn er nog 77 bij gekomen. Hun verhaal ga ik nog vertellen. Ik hoop dat het me gegeven is om dit boek nog af te ronden. Want ook daar zitten buitengewoon schrijnende verhalen bij.’

Herman Salomon Hamburger. (76)
Herman Salomon (76) woonde drie jaar op de Bogen. Hij werd in Utrecht geboren in 1866. In 1894 trouwde hij met de Amsterdamse Sara Cohen Schavrien. Ze kregen drie kinderen: Leentje, Izak en Sal. Vader Herman trok als venter rond in de Lopikerwaard. In 1916 verhuisde het gezin naar Gouda. Ze woonden onder meer op de Molenwerf 30. In het Tapijthuis tegenover hun woonhuis dreef Herman een venduhuis. Begin 1938 verhuisde het echtpaar naar de Koningin Wilhelminaweg. Sara overleed daar dat jaar. In april 1940 ging Herman op de Bogen 63 wonen. Hier maakte hij de steeds verdergaande ontrechting van de Joden tijdens de bezetting mee.
Bij de grote aprilrazzia van 9 april 1943 werd ook Herman opgepakt door SS en politie. In een lange trein moesten meer dan honderd Joodse stadgenoten via Rotterdam naar Westerbork. Na tien dagen volgde Hermans deportatie naar Sobibor. Daar werd hij op 23 april direct na aankomst vermoord.
Een Stolperstein in de stoep van de Bogen herinnert nu aan leven en lot van vader Herman Salomon. Op bijgaande foto staat hij met zijn echtgenote Sara.
Zoon Sal debuteerde als schrijver onder de naam Herman de Man. Met Eva Kalker kreeg hij zeven kinderen. Net als Eva werd Herman rooms-katholiek. Tijdens de bezetting van Nederland verbleef hij in het buitenland.
Vlak na het begin van de Jodentransporten half juli 1942 werd in katholieke kerken een ‘herderlijke brief’ voorgelezen. Hierin werd ‘de nood der Joden’ aangekaart. In reactie hierop kwamen er represaillemaatregelen tegen katholieke Joden.
Eva en vijf van hun kinderen werden opgepakt en vermoord in Auschwitz. Vader Herman de Man en twee kinderen overleefden. Toen hij eenmaal wist van de moord op zijn vrouw en kinderen, schreef hij niet meer. In 1946 stierf hij bij een vliegtuigongeluk.
Op een foto uit midden jaren dertig zie je zoon Sal (Herman de Man) en zijn vrouw Eva temidden van hun zeven kinderen.

Siegfried Seemann
Siegfried (31) Seemann werd op 2 augustus 1910 in Aschbach geboren. Hij was koopman in brillen en monteur. Toen Hitler in 1933 aan de macht kwam, ontvluchtte hij het naziregime en kwam naar Den Haag. Zijn vader Gustav volgde hem een paar jaar later.
Vanaf september 1940 mochten vader en zoon als buitenlandse vluchtelingen niet meer in de kuststreek wonen. Noodgedwongen trokken ze naar Gouda. Begin februari 1941 kwam Siegfried op De la Reijlaan 24 wonen, Gustav trok een maand later in het Joods bejaardentehuis op de Oosthaven.
Terwijl ze hier woonden, werd hun leven steeds verder ingeperkt door de anti-Joodse maatregelen van het bezettingsbestuur. Ook maakte het Duits naziregime hen stateloos. Siegfried besloot om te vluchten.
Begin januari 1942 probeerde hij met wat andere jongemannen op een vissersboot van Scheveningen naar Engeland over te varen. De bootreis werd verraden en de vluchtelingen werden gearresteerd. Via het ‘Oranjehotel’ in Scheveningen en kamp Amersfoort kwam Siegfried uiteindelijk in Buchenwald terecht. In dit laatste kamp stierf hij op 11 juni 1942 zo jong als hij was aan een ‘longontsteking’. Zijn vader kreeg dit een maand later te horen en moest door na dit vreselijke nieuws.
Gustav werd tien maanden later opgepakt bij de grote Aprilrazzia van 9 april 1943. SS en politie laadden de medewerkers en bejaarde bewoners van het Joods bejaardentehuis op auto’s en vervoerden hen naar het Goudse station. Daar wachtte hen een lange trein. Ook zo’n vijftig stadgenoten van andere adressen moesten mee naar Westerbork. ‘Ter evacuatie’ zoals dat zo eufemistisch staat in een politie-dagrapport. Op 23 april 1943 kwam Gustav om in Sobibor.
Eén van de 64 Stolpersteine voor de Oosthaven toont Gustavs naam en lot. Een Stolperstein in de stoep van De la Reijlaan herinnert vanaf 23 april aan naam en lot van Siegfried.

Hester Hage

Hester Hage is journalist (en redactiecoördinator) van Het Kontakt - Goudse Post

• De laatste twee stenen werden op dinsdag 23 april geplaatst.
Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Download onze app

Heb jij de app van Het Kontakt al?

Al het nieuws uit jouw regio
Direct op de hoogte
Gratis downloaden